- levensduur
- {{levensduur}}{{/term}}〈figuurlijk〉1 [duur van het leven] life span ⇒ 〈verwachte〉 life expectancy2 [gebruiksduur] life♦voorbeelden:1 de gemiddelde levensduur van de Nederlander • the life expectancy of the Dutchvermoedelijke levensduur • life expectancyde levensduur verkorten/verlengen • shorten/prolong (the) life (of)2 de levensduur van een wasmachine • the life of a washing machineeen korte levensduur hebben • have a short lifebatterijen met een lange levensduur • long-life batteries
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.